Een leed

1942

Poem

 

Een leed

[1]

Een[2] leed kwam telkens op mij aan

onmog’lijk om het af te weeren

met geen tranen te bezweren

’k had het anders lang gedaan

 

Toen ging het boven op mij staan

tot ik stil lag zonder weeren

Duldend, wachtend moest ik leeren

En toen eerst is het heengegaan

 

Dat is nu al een poos gelêen

Ik zie het nu van verre nog

En begrijp niet, waarom toch

Ik toen zo leed met veel geween


  1. The NCI does not have the original written poem, but a typed reproduction. The authenticity of the text and the truthfullness of the reproduction is confirmed by a notary. To clarify, a description is typed on top of the paper: “Enkele versregels, geschreven op een stukje papier in het Doorgangskamp te Amersfoort door de Dienaar Gods Titus Brandsma O.Carm. voor den Heer L. Siegmund, Oldenzaalsestraat 111, Enschede, en thans in diens bezit.”
  2. Typed is: ‘Een (verb. Het?)’ – Is in the autograph ‘Een’ corrected to ‘Het’?

© Nederlandse Provincie Karmelieten

Published: Titus Brandsma Instituut 2018.